Elbe en de Weser, liggen enkele zand- en modderbanken. Hier verblijven in de nazomer enkele honderdduizenden bergeenden. Ze vinden er een grote voedselrijkdom en weten zich gevrijwaard van landroofdieren. Bovendien liggen deze banken redelijk beschermd tegen de beruchte zomerstormen vanuit de noordelijke Helgolander Bocht. Vanaf september verspreiden de meeste bergeenden zich weer over de Waddenzee of trekken naar hun Britse broedgebieden. Tot soms een kwart van de naar schatting 300.000 bergeenden van Noordwest-Europa verblijft in het najaar in de Nederlandse Waddenzee. Tijdens zachte winters blijft het daar goed toeven. Bij strenge vorst schuiven de vogels in zuidwestelijke richting op. Naar de Zeeuwse delta bijvoorbeeld, en verder naar de Britse kust of Noordwest-Frankrijk. Sommige belanden zelfs met hun poten in de Spaanse of Noord-Afrikaanse modder. In februari breekt de tijd aan voor een terugkeer naar de broedgebieden. Dan begint ook weer de zoektocht naar een geschikt hol om de eieren in op te bergen. En hier komen we eindelijk bij de échte oorsprong van de naam ‘bergeend’! Pagina 18

Pagina 20

Heeft u een clubblad, onlinepublisher of digi-uitgaves? Gebruik Online Touch: brochure digitaal op uw website plaatsen.

Buitenleven 5/2011 Lees publicatie 15Home


You need flash player to view this online publication